In het kort
Conclusie 1
De inname van folaatequivalenten uit voedingsmiddelen is in Nederland gemiddeld
262 µg/dag
Conclusie 2
De inname van foliumzuur uit voedingsmiddelen en supplementen is in Nederland gemiddeld
56 µg/dag
Conclusie 3
361 µg DFE | 339 µg DFE
55 µg folaat | 58µg folaat
Conclusie 4
De belangrijkste bronnen van folaatequivalenten zijn:
Brood, granen, rijst en pasta (20%)
Groenten (17%)
beschrijving folaat
Folaat komt van nature voor in voedingsmiddelen. Foliumzuur is de synthetische vorm van folaat en wordt toegevoegd aan verrijkte voedingsmiddelen of supplementen.
De innames van folaat/foliumzuur worden beschreven aan de hand van de inname van folaatequivalenten (µg DFE) en synthetisch foliumzuur (µg).
De hoeveelheid folaatequivalenten worden berekend met de hoeveelheid folaat (in µg) plus 1,7 keer de hoeveelheid foliumzuur (in µg).
Inname naar geslacht
Geslacht-feq
De inname van folaatequivalenten uit voeding is in Nederland gemiddeld 262 µg/dag. De inname is hoger voor jongens/mannen (286 µg/dag) dan voor meisjes/vrouwen (239 µg/dag).
Wanneer er gekeken wordt naar de totale inname van folaatequivalenten uit voeding en supplementen samen, dan is de gemiddelde inname voor jongens/mannen en meisjes/vrouwen vrijwel gelijk (361 en 339 µg/dag).
Geslacht-fz
De inname van foliumzuur uit voeding is in Nederland gemiddeld 13 µg/dag. De inname is hoger voor jongens/mannen (16 µg/dag) dan voor meisjes/vrouwen (10 µg/dag).
Wanneer er gekeken wordt naar de totale inname van foliumzuur uit voeding en supplementen samen, dan is de gemiddelde inname voor jongens/mannen en meisjes/vrouwen vrijwel gelijk (55 en 58 µg/dag).
Inname naar leeftijd
Leeftijd-feq
De gemiddelde inname van folaatequivalenten is voor volwassenen hoger (377 µg/dag) dan voor kinderen (242 µg/dag). Dit is te zien bij de jongens/mannen en bij de meisjes/vrouwen.
Leeftijd en geslacht (4 groepen)-feq
De gemiddelde inname van folaatequivalenten is voor volwassenen hoger (377 µg/dag) dan voor kinderen (242 µg/dag). Dit is te zien bij de jongens/mannen en bij de meisjes/vrouwen.
Leeftijd en geslacht (12 groepen)-feq
De gemiddelde inname van folaatequivalenten is voor volwassenen hoger (377 µg/dag) dan voor kinderen (242 µg/dag). Dit is te zien bij de jongens/mannen en bij de meisjes/vrouwen.
Leeftijd-fz
De inname van foliumzuur uit voeding is in Nederland gemiddeld 13 µg/dag. Voor mannen is de inname vrijwel evenveel (17 µg/dag) als voor jongens (14 µg/dag). Voor meisjes is de inname hoger (13 µg/dag) dan voor vrouwen (9 µg/dag). Wanneer er gekeken wordt naar de totale inname van foliumzuur uit voeding en supplementen samen, dan is de gemiddelde inname voor volwassenen hoger (62 µg/dag) dan voor kinderen (32 µg/dag). Dit is te zien bij de jongens/mannen en bij de meisjes/vrouwen.
Leeftijd en geslacht (4 groepen)-fz
De inname van foliumzuur uit voeding is in Nederland gemiddeld 13 µg/dag. Voor mannen is de inname vrijwel evenveel (17 µg/dag) als voor jongens (14 µg/dag). Voor meisjes is de inname hoger (13 µg/dag) dan voor vrouwen (9 µg/dag). Wanneer er gekeken wordt naar de totale inname van foliumzuur uit voeding en supplementen samen, dan is de gemiddelde inname voor volwassenen hoger (62 µg/dag) dan voor kinderen (32 µg/dag). Dit is te zien bij de jongens/mannen en bij de meisjes/vrouwen.
Leeftijd en geslacht (12 groepen)-fz
De inname van foliumzuur uit voeding is in Nederland gemiddeld 13 µg/dag. Voor mannen is de inname vrijwel evenveel (17 µg/dag) als voor jongens (14 µg/dag). Voor meisjes is de inname hoger (13 µg/dag) dan voor vrouwen (9 µg/dag). Wanneer er gekeken wordt naar de totale inname van foliumzuur uit voeding en supplementen samen, dan is de gemiddelde inname voor volwassenen hoger (62 µg/dag) dan voor kinderen (32 µg/dag). Dit is te zien bij de jongens/mannen en bij de meisjes/vrouwen.
Inname naar opleiding
Opleiding en leeftijd-feq
De gemiddelde inname van folaatequivalenten is voor hoogopgeleide mannen hoger (421 µg/dag) dan voor laagopgeleide mannen (350 µg/dag). Voor vrouwen is er vrijwel geen verschil naar opleidingsniveau. Het varieert tussen 341 en 379 µg/dag. Voor kinderen is de inname van folaatequivalenten ook vrijwel gelijk naar opleidingsniveau van de ouders/verzorgers. Het varieert tussen 240 en 246 µg/dag.
Opleiding, leeftijd en geslacht-feq
De gemiddelde inname van folaatequivalenten is voor hoogopgeleide mannen hoger (421 µg/dag) dan voor laagopgeleide mannen (350 µg/dag). Voor vrouwen is er vrijwel geen verschil naar opleidingsniveau. Het varieert tussen 341 en 379 µg/dag. Voor kinderen is de inname van folaatequivalenten ook vrijwel gelijk naar opleidingsniveau van de ouders/verzorgers. Het varieert tussen 240 en 246 µg/dag.
Opleiding en leeftijd-fz
De gemiddelde inname van foliumzuur is voor volwassenen vrijwel gelijk naar opleidingsniveau. Het varieert tussen 57 en 64 µg/dag. Ook voor kinderen is de inname van foliumzuur vrijwel gelijk naar opleidingsniveau van de ouders/verzorgers. Het varieert tussen 31 en 35 µg/dag.
Opleiding, leeftijd en geslacht-fz
De gemiddelde inname van foliumzuur is voor volwassenen vrijwel gelijk naar opleidingsniveau. Het varieert tussen 57 en 64 µg/dag. Ook voor kinderen is de inname van foliumzuur vrijwel gelijk naar opleidingsniveau van de ouders/verzorgers. Het varieert tussen 31 en 35 µg/dag.
Bronnen
Bronnen folaatequivalenten
De belangrijkste bronnen van folaatequivalenten zijn Brood, granen, rijst en pasta (20%), Groenten (17%), Zuivel en zuivelvervangers (12%) en Voedingssupplementen (12%).
Bronnen foliumzuur
De belangrijkste bronnen van foliumzuur zijn Vetten en oliën (44%) en Voedingssupplementen (45%).
* De bijdrage van een voedingsmiddelengroep aan de totale inname van een voedingsstof is het gemiddelde van de bijdrages per deelnemer. Hierin zijn alleen de personen meegenomen die op de meetdagen iets van deze voedingsmiddelengroep hebben gegeten of gedronken.