In het kort

Conclusie 1

De inname van vrije suikers is in Nederland gemiddeld 

49 g/dag
10% van de energie-inname

conclusie 3

icoon suiker

De belangrijkste bronnen  van vrije suikers zijn :  Suiker en snoepgoed (28%) ,  Niet-alcoholische dranken (23%)

conclusie 2


De inname van vrije suikers is voor kinderen en met name de tieners het hoogst

conclusie 4

gunstig

De inname van
vrije suikers
is  gedaald
t.o.v. 2012-2016

Veel voedingsmiddelen bevatten suikers (mono- en disachariden). De totale hoeveelheid suikers bestaat uit natuurlijke suikers en vrije suikers. Natuurlijke suikers komen voor in melk, fruit en groente. Suikers worden ook toegevoegd aan voedingsmiddelen door consumenten, koks of fabrikanten. Dit kan suiker uit de suikerpot (kristalsuiker) zijn, maar ook bijvoorbeeld glucose-fructosestroop, honing of sapconcentraat. 

Op deze pagina rapporteren we vrije suikers: dit zijn mono- en disachariden die los gegeten worden of zijn toegevoegd aan voedingsmiddelen als ingrediënten tijdens productie en bereiding, inclusief suikers die van nature aanwezig zijn in honing, siropen, fruit- en groentesappen en fruit- en groenteconcentraten.

Enkele voorbeelden. Een appel bevat alleen suikers van nature, maar een glas appeldiksap bevat alleen vrije suikers. Rabarbercompote uit pot bevat zowel suikers van nature uit de rabarber als vrije suikers (de kristalsuiker die is toegevoegd). Een slagroomtaart met fruit bevat zowel suikers van nature (bloem, slagroom, vers fruit) als vrije suikers (kristalsuiker, glucosestroop, vruchtensapconcentraat). Honing op de boterham bevat vrije suikers.

Wat is het verschil met toegevoegd suiker? Een deel van de vrije suikers worden toegevoegde suikers genoemd. Toegevoegd suiker is vrije suiker zonder de suikers uit honing en vruchten-/groentesap of -concentraat. Ons lichaam maakt hier geen onderscheid in. Zowel producten met toegevoegde of vrije suikers staan niet in de Schijf van Vijf. Voor de gegevens van de voedselconsumptiepeiling is het onderscheid tussen toegevoegde suikers en vrije suikers niet te maken. Bijvoorbeeld een koekje van het ene merk kan kristalsuiker bevatten, terwijl een koekje van een ander merk gezoet is met een sapconcentraat. Voor de gezondheid is dit onderscheid niet nodig.

Op deze pagina staat de inname  van met name vrije suikers. Zie hier  voor meer details over mono- en disachariden.

Dit is ingeschat op basis van het soort voedingsmiddel. Er zijn voedingsmiddelen waarvan alle suikers (mono-/disachariden) van nature voorkomen, bijvoorbeeld vers fruit. Daarnaast zijn er producten waarvan alle suikers zijn toegevoegd, bijvoorbeeld gezoete limonade zonder vruchtensap. Voor gemengde producten kan een inschatting gemaakt worden op basis van de ingrediënten. 

De werkwijze is gebaseerd op het stappenplan van Louie (Louie, J. et  al. J Clin Nutr 69, 154–161 (2015)). Voor elke NEVO-code die in de VCP was toegekend aan de voedingsmiddelen is een gehalte aan vrije suikers ingeschat. Hierbij zijn de volgende beslissingen genomen: 

  • Uit de aard van het product is het gehalte vrije suikers logischerwijs 0 als: 
    • Het product geen mono-/disachariden bevat 
    • Het product alleen natuurlijke suikers bevat: 100% melk, fruit en groente, en ook 100% granen, peulvruchten, aardappels, kaas en room 
    • De ingrediënten van het product geen vrije suikers bevatten
  • Uit de aard van het product is het gehalte vrije suikers logischerwijs gelijk aan het gehalte mono-/disachariden als: 
    • Het product 100% honing, siroop, vruchten-/groentenconcentraat is 
    • De ongezoete variant van het product <0.5 gram suikers bevat, bijvoorbeeld aardappelproducten, cacaopoeder, ontbijtgranen en koekjes zonder fruit/chocola/melkbestanddelen, mayonaise, dranken zonder melk, bouillonblokje, snoep zonder melk/fruit, bewerkt vlees/vis, sojadrank.
  • Gehalte vrije suikers is te berekenen als er in NEVO een recept gebruikt wordt 
  • Gehalte vrije suikers is te berekenen als er in NEVO een ongezoete variant van het voedingsmiddel beschikbaar is 
  • Het gehalte vrije suikers is ingeschat op basis van ingrediënten van het product, of op basis van een vergelijkbaar product. De Levensmiddelendatabank is hiervoor geraadpleegd.

Inname naar geslacht

Geslacht-g

Sla de grafiek Inname van mono- en disachariden en vrije suikers naar geslacht over en ga naar de datatabel

In Nederland is de inname van vrije suikers gemiddeld  49 gram/dag. Op jaarbasis is dit circa 20 kg. Dit is circa de helft van de totale inname van mono- en disachariden. Voor jongens/mannen is dit hoger (56 gram/dag) dan voor meisjes/vrouwen (43 gram/dag). Gemiddeld draagt de inname van vrije suikers 9,8% bij aan de inname van energie. Dit is voor jongens/mannen en meisjes/vrouwen vrijwel gelijk.

 

Geslacht-en%

Sla de grafiek Inname van mono- en disachariden en vrije suikers naar geslacht over en ga naar de datatabel

In Nederland is de inname van vrije suikers gemiddeld  49 gram/dag. Op jaarbasis is dit circa 20 kg. Dit is circa de helft van de totale inname van mono- en disachariden. Voor jongens/mannen is dit hoger (56 gram/dag) dan voor meisjes/vrouwen (43 gram/dag). Gemiddeld draagt de inname van vrije suikers 9,8% bij aan de inname van energie. Dit is voor jongens/mannen en meisjes/vrouwen vrijwel gelijk.

Inname naar leeftijd

Leeftijd-g

Sla de grafiek Inname van mono- en disachariden en vrije suikers naar leeftijd over en ga naar de datatabel

Voor kinderen en met name tieners is de inname van vrije suikers gemiddeld hoger dan voor volwassenen. De gemiddelde bijdrage van vrije suikers aan energie is voor kinderen hoger dan voor volwassen. Voor zowel de inname als de bijdrage is dit te zien bij de jongens/mannen en bij de meisjes/vrouwen. 

 

Leeftijd-en%

Sla de grafiek Inname van mono- en disachariden en vrije suikers naar leeftijd over en ga naar de datatabel

Voor kinderen en met name tieners is de inname van vrije suikers gemiddeld hoger dan voor volwassenen. De gemiddelde bijdrage van vrije suikers aan energie is voor kinderen hoger dan voor volwassen. Voor zowel de inname als de bijdrage is dit te zien bij de jongens/mannen en bij de meisjes/vrouwen. 

Leeftijd en geslacht (4 groepen)-g

Sla de grafiek Inname van mono- en disachariden naar leeftijd en geslacht over en ga naar de datatabel

Voor kinderen en met name tieners is de inname van vrije suikers gemiddeld hoger dan voor volwassenen. De gemiddelde bijdrage van vrije suikers aan energie is voor kinderen hoger dan voor volwassen. Voor zowel de inname als de bijdrage is dit te zien bij de jongens/mannen en bij de meisjes/vrouwen. 

Leeftijd en geslacht (4 groepen)-en%

Sla de grafiek Inname van mono- en disachariden en vrije suikers naar leeftijd en geslacht over en ga naar de datatabel

Voor kinderen en met name tieners is de inname van vrije suikers gemiddeld hoger dan voor volwassenen. De gemiddelde bijdrage van vrije suikers aan energie is voor kinderen hoger dan voor volwassen. Voor zowel de inname als de bijdrage is dit te zien bij de jongens/mannen en bij de meisjes/vrouwen. 

Leeftijd en geslacht (12 groepen)-g

Sla de grafiek Inname van mono- en disachariden en vrije suikers naar leeftijd en geslacht over en ga naar de datatabel

Voor kinderen en met name tieners is de inname van vrije suikers gemiddeld hoger dan voor volwassenen. De gemiddelde bijdrage van vrije suikers aan energie is voor kinderen hoger dan voor volwassen. Voor zowel de inname als de bijdrage is dit te zien bij de jongens/mannen en bij de meisjes/vrouwen. 

Leeftijd en geslacht (12 groepen-en%)

Sla de grafiek Inname van mono- en disachariden naar leeftijd en geslacht over en ga naar de datatabel

Voor kinderen en met name tieners is de inname van vrije suikers gemiddeld hoger dan voor volwassenen. De gemiddelde bijdrage van vrije suikers aan energie is voor kinderen hoger dan voor volwassen. Voor zowel de inname als de bijdrage is dit te zien bij de jongens/mannen en bij de meisjes/vrouwen. 

Inname naar opleiding

Opleiding en leeftijd-g

Sla de grafiek Inname van mono- en disachariden en vrije suikers naar opleiding en leeftijd over en ga naar de datatabel

Zowel voor kinderen als volwassenen zijn er verschillen te zien in de inname van vrije suikers naar opleiding. Dit geldt voor zowel de inname als de bijdrage aan energie. De inname van vrije suikers en de bijdrage aan energie is voor kinderen met laagopgeleide ouders/verzorgers hoger dan voor kinderen met middelbaar- en hoogopgeleide ouders/verzorgers. Bij volwassenen is de inname van vrije suikers het laagst voor hoog opgeleide volwassenen.

Opleiding en leeftijd-en%

Sla de grafiek Inname van mono- en dischariden en vriie suikers naar opleiding en leeftijd over en ga naar de datatabel

Zowel voor kinderen als volwassenen zijn er verschillen te zien in de inname van vrije suikers naar opleiding. Dit geldt voor zowel de inname als de bijdrage aan energie. De inname van vrije suikers en de bijdrage aan energie is voor kinderen met laagopgeleide ouders/verzorgers hoger dan voor kinderen met middelbaar- en hoogopgeleide ouders/verzorgers. Bij volwassenen is de inname van vrije suikers het laagst voor hoog opgeleide volwassenen.

 

Opleiding, leeftijd en geslacht-g

Sla de grafiek Inname van mono- en disachariden en vrije suikers naar opleiding, leeftijd en geslacht over en ga naar de datatabel

Zowel voor kinderen als volwassenen zijn er verschillen te zien in de inname van vrije suikers naar opleiding. Dit geldt voor zowel de inname als de bijdrage aan energie. De inname van vrije suikers en de bijdrage aan energie is voor kinderen met laagopgeleide ouders/verzorgers hoger dan voor kinderen met middelbaar- en hoogopgeleide ouders/verzorgers. Bij volwassenen is de inname van vrije suikers het laagst voor hoog opgeleide volwassenen.

Opleiding, leeftijd en geslacht-en%

Sla de grafiek Inname van mono- en disachariden en vrije suikers naar opleiding, leeftijd en geslacht over en ga naar de datatabel

Zowel voor kinderen als volwassenen zijn er verschillen te zien in de inname van vrije suikers naar opleiding. Dit geldt voor zowel de inname als de bijdrage aan energie. De inname van vrije suikers en de bijdrage aan energie is voor kinderen met laagopgeleide ouders/verzorgers hoger dan voor kinderen met middelbaar- en hoogopgeleide ouders/verzorgers. Bij volwassenen is de inname van vrije suikers het laagst voor hoog opgeleide volwassenen.

Inname naar plaats

Consumptie van suiker naar plaats

Sla de grafiek Inname van mono- en disachariden en vrije suikers naar plaats over en ga naar de datatabel

87.2% van alle energie uit voedingsmiddelen worrd door Nederlanders thuis gegeten  (zie  pagina over bronnen van macronutriënten). Voor vrije suiker is dit vergelijkbaar met 85,4%.  Ruim 7% van de vrije suiker  wordt op school en tijdens het werk geconsumeerd.

Onder ‘Thuis’ valt ook een drankje of eten bij vrienden of op het oppasadres van kinderen. Crèches vallen onder ‘School/werk’ en kantines onder ‘Restaurant’. Onder ‘Overig’ vallen locaties als het sportveld, in de winkel of bij de kapper.

Tijdens VCP 2019-2021 hebben de landelijke coronamaatregelen invloed gehad op de locatie van eten en drinken.

Inname naar eetmoment

Consumptie van suiker naar eetmoment

Sla de grafiek Inname van mono- en disachariden en vrije suikers naar eetmoment over en ga naar de datatabel

Gemiddeld krijgt de Nederlander 51% van de vrije suikers binnen tussen de maaltijden door. Het ontbijt levert 15%, de lunch 13% en de avondmaaltijd 21% van de vrije suikers.  

De innames van vrije suikers is anders verdeeld over de eetmomenten dan de energie-inname. Van de totale energie-inname wordt het grootste deel (34%) tijdens de avondmaaltijd ingenomen  (zie pagina over de macronutriënten). Tijdens het ontbijt, de lunch en tussendoor wordt respectievelijk 16%, 22%, 28% van de hoeveelheid energie genuttigd. 

Bronnen

Bronnen van suiker

Sla de grafiek Bronnen van suiker* over en ga naar de datatabel

De belangrijkste bronnen voor vrije suiker zijn de productgroepen Suiker en snoepgoed (28%) en Niet-alcoholische dranken (23%). Deze leveren samen de helft van de vrije suiker. Ook de consumptie van Koek en gebak (10%), Zuivel (13%) en Sauzen en smaakmakers (7%) draagt bij aan de inname van vrije suiker.

* De bijdrage van een voedingsmiddelengroep aan de totale inname van een voedingsstof is het gemiddelde van de bijdrages per deelnemer. Hierin zijn alleen de personen meegenomen die op de meetdagen iets van deze voedingsmiddelengroep hebben gegeten of gedronken.

Verandering in inname van vrije suikers

Verandering naar leeftijd en geslacht-g

Sla de grafiek Verandering in inname van vrije suikers over en ga naar de datatabel

Bij alle leeftijden is de inname van vrije suikers afgenomen ten opzichte van de vorige voedselconsumptiepeiling. Hier zijn medianen gerapporteerd (wat betekent dat de helft van de personen een lagere innname heeft dan deze waarde).  

Er zijn een aantal mogelijke verklaringen voor deze daling.  Een groot deel van de daling komt doordat er met name  minder suikerhoudende dranken (frisdranken, siropen  en vruchtendranken) worden geconsumeerd. Daarnaast wordt er ook iets minder zuivel(dranken), zoetwaren en koek en gebak geconsumeerd.  Een deel van de daling komt doordat binnen  al deze productgroepen, voor producten met minder suikers  is gekozen of dat ze minder suikers zijn gaan bevatten (zie memo(PDF)).

*De 18-jarigen zijn in 2012-2016 ingedeeld bij de kinderen.     

Verandering naar leeftijd en geslacht-En%

Sla de grafiek Verandering in de bijdrage aan de energie-inname van vrije suikers over en ga naar de datatabel

Bij alle leeftijden is de bijdrage van vrije suikers  aan de energie-inname afgenomen ten opzichte van de vorige voedselconsumptiepeiling. Hier zijn medianen gerapporteerd (De helft van de personen heeft een inname lager dan deze waarde). 

Er zijn een aantal mogelijke verklaringen voor deze daling.  Een groot deel van de daling komt doordat er met name  minder suikerhoudende dranken (frisdranken, siropen  en vruchtendranken) worden geconsumeerd. Daarnaast wordt er ook iets minder zuivel(dranken), zoetwaren en koek en gebak geconsumeerd.  Een deel van de daling komt doordat binnen  al deze productgroepen, voor producten met minder suikers  is gekozen of dat ze minder suikers zijn gaan bevatten (zie memo(PDF)(PDF)).

*De 18-jarigen zijn in 2012-2016 ingedeeld bij de kinderen.

Verandering-g

Sla de grafiek Verandering in inname van vrije suikers over en ga naar de datatabel

De inname van vrije suikers is ook afgenomen ten opzichte van de voedselconsumptiepeiling in 2007-2010. Hier zijn medianen gerapporteerd (wat betekent dat de helft van de personen een lagere innname heeft dan deze waarde).  

Verandering-en%

Sla de grafiek Verandering in inname van vrije suikers over en ga naar de datatabel

De inname van vrije suikers is ook afgenomen ten opzichte van de voedselconsumptiepeiling in 2007-2010. Hier zijn medianen gerapporteerd (wat betekent dat de helft van de personen een lagere innname heeft dan deze waarde).  

Verandering-lft-gesl-g

Sla de grafiek Verandering in inname van vrije suikers over en ga naar de datatabel

De inname van vrije suikers is ook afgenomen ten opzichte van de voedselconsumptiepeiling in 2007-2010. Hier zijn medianen gerapporteerd (wat betekent dat de helft van de personen een lagere innname heeft dan deze waarde).  

Vergelijking met internationale normen

Vergelijking met internationale normen

In Nederland is door de Gezondheidsraad geen voedingsnorm voor vrije suikers opgesteld. Internationaal zijn er wel verschillende normen. Vergeleken met de norm van de WHO voldoen weinig kinderen hieraan. Maar in de loop van de tijd is het aantal kinderen en volwassenen die aan de norm voldoen wel groter geworden. 

Percentage van de bevolking dat aan de verschillende internationale normen voor vrije suiker voldoet

 

<5 Energie%a,b

2007-2010

<5 Energie%a,b

2012-2016

<5 Energie%a,b

2019-2021

<10 Energie%b

2007-2010

<10 Energie%b

2012-2016

<10 Energie%b

2019-2021

jongens 7-18 jaar/7-17 jaar* 0

1

5 5 10 35
meisjes 7-18 jaar/7-17 jaar* 0 1 4 5 11 33
mannen 19-69 jaar/18-69 jaar* 4 8 17 33 40 61
vrouwens 19-69 jaar/18-69 jaar* 4 8 18 29 41 64

*De leeftijdsverdeling is in VCP 2012-2016 en VCP 2019-2021 anders voor de 18-jarigen.                                                 
aScientific Advisory Committee on Nutrition (UK) 2015                                                                
b WHO 2015